Audrey Van Den Bogaerde is 24 jaar en studeerde vorig jaar af als masterstudent Meertalige Communicatie Engels, Spaans en Nederlands. Net zoals Ada, het hoofdpersonage in Audreys eerste boek ‘Kleine gelukjes’ dat deze zomer op de planken kwam. Momenteel werkt ze in Bibliotheek Biekorf in Brugge als Educatief Medewerker. Ze werkt er met jongeren en doet alles rond leesbevordering voor secundair onderwijs. Ook werkt ze mee aan verschillende projecten zoals ‘De Leesjury’ en richtte ze op haar 15e een leesclub op in de Brugse Boekhandel die vandaag nog altijd standhoudt.
‘Kleine gelukjes’
Het boek ‘Kleine gelukjes’ is er eentje dat voor heel wat eerstejaarsstudenten in het hoger onderwijs veel kan betekenen. Het verhaal neemt je mee in het leven van de West-Vlaamse Ada, een meisje waarvan haar tijd in de middelbare school niet zonder obstakels was. Ze staat te popelen om haar plekje in de wereld te vinden. Tijdens haar avontuur in de studentenstad Gent kruisen heel wat nieuwe mensen haar pad. Haar passie voor boeken zorgt ervoor dat ze haar eigen leesclub begint en ook sluipt liefde stilletjes aan haar hartje binnen. Je wordt meegenomen in de rommel die het studentenleven soms kan zijn en voelt, door Audreys doordachte manier van zinnen vormen, elke emotie die in het verhaal voorkomt alsof ze eigen zijn. Het boek is perfect voor zij die vergeten zijn hoe het studentenleven was of nog moeten ontdekken wat het zal zijn.
Heb je zelf altijd een passie gehad voor lezen?
Audrey: “Eigenlijk vond ik lezen echt niet leuk toen ik klein was. Je kon me enkel verleiden met strips zoals Kiekeboe. Mijn liefde voor lezen kwam pas toen ik in het vijfde of zesde leerjaar de Twilight-films begon te kijken. Ik had toen alle films gezien en wilde weten wat erna gebeurde, dus las ik de boeken die mijn moeder toevallig in de kast had staan. Zo ben ik steeds meer beginnen lezen, heb ik andere boeken ontdekt en is mijn liefde ervoor gegroeid. Na een tijdje was ik dan echt wel verslaafd, ik las gemakkelijk een boek per week. Nu is dat wel verminderd, dit jaar heb ik een twintigtal boeken gelezen.”
Wanneer heb je voor jezelf beslist: oké, nu ga ik een boek schrijven?
“Sinds ik 15 was had ik een blog waar ik zeer veel schreef, voornamelijk non-fictie en recensies. In het middelbaar moest ik ook af en toe kortverhalen schrijven, wat ik heel leuk vond.
De wervelwind van emoties, zowel goede als slechte, die tijdens mijn eerste jaar aan de universiteit kwam aanwaaien was de aanleiding naar mijn eigen boek schrijven. Ik voelde dat er iets in mij zat en dat moest er op een bepaalde manier uit. Ik zag één scène heel goed voor me en ben die dan beginnen opschrijven. Die scène werd uiteindelijk het eerste hoofdstuk van mijn verhaal, dat na heel wat aanpassingen eigenlijk geen deel meer uitmaakt van het boek. Ik heb er drie jaar over gedaan om die eerste versie af te werken, door studeren en sociaal leven. Het verhaal is altijd blijven hangen en ik wou aan mezelf bewijzen dat ik het kon. Het was een bucketlist-ding, ik wou mijn eigen boek schrijven.”
Is het verhaal dat je geschreven hebt gebaseerd op eigen ervaringen?
“Het is geen autobiografisch boek, niet alles is uit mijn leven geplukt. Er is wel veel geïnspireerd op emoties die ik zelf heb ervaren en vorm probeerde te geven in mijn verhaal. Een voorbeeld daarvan is de eerste overweldigende week aan de universiteit die Ada meemaakt, de anticipatie naar het moment waarop je voor de eerste keer die nieuwe school binnenstapt of wanneer je de weg moet vinden in een stad die je totaal niet kent. Ik kan me precies herinneren hoe dat voor mij voelde.”
Er komen bepaalde thema’s aan bod zoals eenzaamheid, homofobie, eerste liefde, etc. Zijn dit thema’s die je zelf belangrijk vond om uit te lichten?
“Ik vind het zelf belangrijk dat een verhaal niet focust op één bepaald iets. We zijn allemaal mensen en hebben allemaal zo veel dingen die op hetzelfde moment gaande zijn in ons leven, dat het wel eens te veel kan worden. Zoals je op de kaft kan lezen wordt er verwacht dat studeren de beste tijd van je leven is, maar in die tijd schuilen ook dieptepunten die soms wel eens vergeten worden. Als je die dieptepunten aan het beleven bent, bijvoorbeeld eenzaamheid, vind je soms moeilijk steun en wordt daar vrij weinig over gepraat. Veel mensen weten ook niet dat het een queer boek is, omdat het zeer subtiel is aangeduid. Ik heb er bewust voor gekozen om het braaf te houden, om die eerste momenten van elkaar leren kennen ook aan te duiden met de onzekerheden die daarbij komen kijken. Het boek focust niet op de coming-out, maar eerder op de weg die je aflegt en de vragen die je jezelf stelt. Ik wou tonen dat het oké is om de zoektocht naar je seksuele geaardheid organisch te laten groeien en dat je jezelf geen druk moet opleggen om meteen te weten wie je bent of op wie je valt.”
Hoe zie jij de toekomst?
“Ik ben van plan om nog te schrijven. Ik heb zeker nog twee goede ideeën voor boeken, maar het is een kwestie van tijd vinden. Ik heb er vijf jaar over gedaan om van eerste zin naar afgewerkt boek te gaan en de afgewerkte versie is versie acht, al denk dat het nu misschien wel wat sneller zal gaan nadat ik wat oefening gehad heb.”
Tekst: Marjolein Velleman. Foto's: Ward Verhoustraete.
Uit BLVRD Magazine editie #42.